Vrijmetselaarstaal 3 Thoth 2020 nr.3
HET ‘TYPISCH EIGENE’
VAN ‘DE
METHODE’
De
kunst van het ‘instrueren’ is de ander leren vragen te stellen en jezelf leren antwoorden
te vermijden. Is een antwoord onvermijdelijk, hanteer je de methode ‘Lubbers’:
gebruik zoveel nietszeggende woorden in een zo oeverloze zin dat de toehoorder
zich in een doolhof waant en, wanneer de zin eindelijk in een punt eindigt, daar
zo opgelucht over is dat hij denkt de uitgang weer gevonden te hebben. Of doe
als Broeder Pott in de opening van zijn inleiding Om met u te werken:
“De
Koninklijke Kunst bedient zich van een aantal door de traditie overgeleverde
vormen, welke van dusdanig belang moeten worden geacht dat het handhaven van
deze vormen een vereiste is voor het bewaren van het werkelijk essentiële
element in het beoefenen van de Koninklijke Kunst. Zulks is daarbij ook
mogelijk, daar deze vormen zozeer de kern raken van de werkwijze dat zij zich
laat toetsen aan het wezen van de kern van haar methode.
Reeds
eerder heb ik getracht deze kern zo duidelijk mogelijk te formuleren in een
beschouwing van de Koninklijke Kunst, waarbij ik in één passage [in eén zin!
CvD] de essentiële elementen heb samengevat: ‘het typisch eigene van de methode
van de Koninklijke Kunst – haar geheim – bestaat uit het bewust toepassen van
een gemeenschappelijk allusieve handeling tegen de achtergrond van een aan het
Oude Testament ontleend, maar pluri-interpretabel, symboliek gegeven van de
tempelbouw van koning Salomo, welke handeling wekkend is ten aanzien van de
religieuze beleving der aan de handeling deelnemende ingewijden, en welke
tegelijkertijd juist door haar allusieve karakter enerzijds stimulerend werkt
ten aanzien van de individuele deelnemer, anderzijds algemeen bindend werkt ten
aanzien van de hele groep.”
Het
typisch eigene van het taalgebruik van Broeder Pott is dat het je dwingt je bij
elke stukje zin af te vragen wat hij nou eigenlijk wil zeggen. Ik vraag mij al sinds
de eerste lezing van deze tekst – Pasen 2001, een half jaar na mijn verheffing –
af waarnaar de verwijswoorden in ‘Zulks is daarbij ook mogelijk’
verwijzen en troost me er sindsdien mee dat de vraag belangrijker is dan het
antwoord. Als Broeder Pott iets ‘zo duidelijk mogelijk’ formuleert, brengt hij
je het besef bij dat hij bezig is woorden te geven aan het onzegbare: de Koninklijke
Kunst van het maçonniek instrueren?
Broeder
Pott roept vragen op en geeft geen antwoorden. Zijn stijl is misschien iets te ‘Lubberiaans’
met zijn pleonasmen en cirkelredeneringen. Ik zou hetzelfde (?) nu anders formuleren,
maar of het daarmee helderder wordt is de vraag. Leesbaarder wel:
De
Koninklijke Kunst bedient zich van een aantal door de traditie overgeleverde
vormen. Zonder die vormen geen Koninklijke Kunst, ze zijn er de kern van. Samengevat
is die kern: het geheim van de Koninklijke Kunst is dat we weloverwogen ons
eigen verhaal maken van fragmenten in/uit het Oude Testament met betrekking tot
de Tempelbouw van Salomo, met als doel bij de deelnemers van de inwijding een religieuze,
verbindende beleving op te wekken, waaraan (vervolgens) elk individu zijn eigen
draai kan geven.