top of page

Maçonnelogie 30             VRIJMETSELARIJ 2015 nr 6

IK & WIJ

Mijn jeugd bracht ik door in een klooster. Om deel uit te maken van die wij-groep moest ik mijn ik ondergeschikt maken aan de daarin geldende wij-orde. Een tijd lang ben ik als buitenbeentje binnenboord gehouden, maar uiteindelijk bleek mijn ik toch geen steen te zijn die paste in de kloostermuur. Ik wilde dol graag binnen de wij-groep blijven, maar zonder mijn ik op te geven. Na een broederlijk doch indringend gesprek stond ik met mijn rug naar een deur die definitief achter mij in het slot viel, in een wereld die ik nauwelijks kende, ten prooi aan verwarring. De orde maakte plaats voor chaos.

In het onderwijs vond mijn ik, nog altijd als buitenbeentje, een nieuwe wij-groep. Veertig jaar heb ik daarin van alles gedaan. Toen ik begon was de school van de leerlingen en docenten. Toen ik, vrijwillig, de school verliet waren de leerlingen en docenten van de school. Sluipend heeft zich een proces voor gedaan waarin de school, net als veel andere maatschappelijke instellingen, is geïnstitutionaliseerd en zich heeft losgemaakt van de ikken die er deel van uitmaken. Ranglijstjes, statistieken en streefcijfers hebben het management overgenomen en de mens gedegradeerd tot radertjes in een machine. De school is zelf een individu geworden dat moet zien te overleven in de struggle for life en om te overleven vreet het de mensen, die de cijfers waar moeten maken, op.

Ik heb zelf aan dat proces meegewerkt, toen ik, uitgeleend aan het ministerie, mijn collega’s in het land ervan probeerde te overtuigen dat de docent minder ‘ik’ en meer ‘wij’ moesten worden, zich ondergeschikt moest maken aan het gezamenlijk na te streven en controleerbare doel. Nu weet ik dat we daarin zijn doorgeschoten. De individualiteit van docenten is even belangrijk als de individualiteit van leerlingen en belangrijker dan de onpersoonlijke gemiddelden in de statistiek. Waar statistiek regeert is het individu verdwenen en waar het individu verdwijnt, verdwijnt ook het ‘wij’ als verzameling van ‘ikken’. En wat overblijft is een onmenselijk instituut dat de mensen die er deel van uitmaken, machteloos maakt.

Sinds ik vrijmetselaar ben maak ik deel uit van een wij-groep die buitenbeentjes binnenboord houdt door te zoeken naar wat bindt en te vermijden wat scheidt. Het hakken aan de ruwe steen vraagt om minder ‘ik’, meer broeder, maar moet ons niet minder mens maar beter mens maken. Laat marketingstrategie en streefcijfers om tot meer leden te komen dat als uitgangspunt nemen in een maatschappij die de mens steeds meer ziet als een gemiddeld cijfer in de statistiek.   

bottom of page